Een jaar in de politiek!
Drie jaar geleden werd ik lid van de PvdA omdat ik mij zorgen maakte over de veranderingen in de zorg, er een toename leek te zijn van buitenlanders, onvriendelijkheid en het populisme in de politiek hoogtij vierde. Ik wilde niet langer alleen maar mopperen op het overheidsbeleid en de gemeente, maar zelf iets gaan doen om te zorgen dat geld eerlijker verdeeld wordt, dat zorg blijft voor wie het echt nodig heeft, en opkomen voor kwetsbare mensen.
Al snel werd ik gevraagd om me verkiesbaar te stellen voor de gemeenteraad van Opsterland.
Ik werkte als manager bij een kleine organisatie voor cliënten met een verstandelijke beperking en had ik me weinig verdiept in Bakkeveen, laat staan de gemeente. Was dit dan wel iets voor mij? Ondanks alle twijfel, nam ik het aanbod om me verkiesbaar te stellen, aan. Mijn doel was en is: meewerken aan de veranderingen in de zorg en nu via de gemeente. Dat ik als nummer twee op de PvdA kieslijst zou komen te staan had ik absoluut niet verwacht. Ik ging meer uit van een veilig start in de schaduwfractie. Het tegendeel bleek waar, het werd direct in actie komen als raadslid.
Tegelijkertijd brak er een onrustige tijd aan op mijn werk. Er volgde een reorganisatie en al snel werd duidelijk dat ik bij de groep mensen zat die eruit moesten. Na dertig jaar fulltime gewerkt te hebben, moest ik aankloppen bij het UWV. Ik wist dat het lastig was werkeloos te zijn, maar nu maakte ik het zelf mee. Ik merkte aan den lijve hoe lastig dit was, alleen al je aanvraag digitaal doen bij het UWV. En het gevoel je continu te moeten verantwoorden, de onzekerheid hoe komt het nu, de schaamte om je hand op te moeten houden, het verdriet van het geen werk mee hebben, niet meer mee mogen doen, er niet meer bij te horen, niet meer s ‘morgens naar je werk, je cliënten en naar je college te gaan. Kortom: Paniek!
In mijn eerste jaar als raadslid werden in de raadsvergaderingen vooral zaken besproken die met zorg te maken hadden. Wij hebben gesproken over armoede, fraude bestrijding bij bestandsuitkeringen, de rechten en plichten van bijstandsgerechtigden en de verplichte tegenprestatie.
In januari van dit jaar gingen we weer de straat op; op campagne voor Provinciale Staten en het Waterschap. Op straat kwamen we regelmatig in gesprek over onderwerpen als werk en armoede. Verscheidene mensen reageerden fel als ik aangaf dat de PvdA zich in wil zetten om voor mensen die ver van de arbeidsmarkt staan, werk te creëren. Het oordeel van mensen over mensen die niet werken, is keihard. Bijvoorbeeld, ‘die mensen hebben een luizenleven, die mensen willen niet, als je wit heb je zo werk, die mensen hebben het te breed’. Van dit soort reacties ben ik wel geschrokken. Het zijn reacties van mensen die, net als ik voordat ik werkeloos werd, het meer dan goed hebben. Mensen die geen idee hebben wat armoede is en niet weten wat het met je zelfvertrouwen doet als je in zo’n situatie leeft. En hoe moeilijk het is om uit zo’ n dal te komen.
Zelfs in de raad kwam ik het tegen. Deze coalitie kiest ervoor de toeslagen te halveren en meer mensen uit te sluiten van een toeslag. Ook controle op fraude is nog steeds een lastig punt.
Het ziet er naar uit dat ik binnenkort wel weer aan het werk kan. Mijn situatie is ook absoluut niet gelijk aan dat van mensen die moeten rondkomen van een
bijstandsuitkering. Ik hoor bij die mensen die een goed netwerk hebben en zo weer hun eigen mogelijkheden kunnen vergroten.
Ik zie deze periode, waarin ik geen werk heb, als een zeer wijze les, een lesje nederigheid. Mijn beeld over de eerlijke verdeling is behoorlijk bijgesteld. Er is in Nederland veel te veel armoede, veel te veel leed. Mensen hebben in mijn ogen recht op respect en een menswaardig bestaan. Hoe kan het toch dat in zo’n rijk land zoveel mensen niet mee mogen en niet mee kunnen doen? Waarom krijgen mensen zo weinig bijstand dat ze er maar net van kunnen leven, maar te weinig krijgen om te leven. Ons systeem creëert armoede en laat rijken rijker worden.
Of ik, als ik weer een fulltime baan heb, in de raad kan blijven weet ik niet. Maar dit jaar zal ik niet snel vergeten en ik hoop dat we ook in Opsterland ons bewust worden dat een hele groep mensen en kinderen letterlijk in de kou staan en het moeilijk hebben. Waarom gaat er zoveel geld naar wegen, zwembaden, gebouwen, waarom niet meer aandacht voor het menselijk leed? Waarom niet eerlijk verdeeld? Waarom niet meer geld naar Timpaan, bijstandsgerechtigden of de voedselbank? Waarom niet uitgaan van respect voor de ander en kansen creëren? Zolang ik raadslid ben, zal ik mij hier sterk voor maken. Dat is en blijft mijn drijfveer!
Met vriendelijke groet
Joke Brouwer raadslid in Opsterland en lid van de waarden gedreven PvdA.